Belgische kampioenen zijn gekend in Belcar Historic Cup
Race 1: Start-finish race voor Wim Kuijl en schitterende strijd voor overige podiumplaatsen
We kregen een chaotische formatieronde voorgeschoteld waarbij enkele wagens het decor opzochten op koude banden en de BMW van Vonk de muur inging. Daarna moest het peloton nog een dik kwartier wachten op de startgrid om de marshalls de tijd te geven de BMW 635 CSi te takelen en de olie te verwijderen van de startgrid. Nadien werd de start gegeven achter de safety car waardoor er nog slechts 26 minuten restten om te racen.
Polesitter Wim Kuijl koos bij de start het ruime sop en in het begin was alleen Erik Qvick in staat om de pijlsnelle Ford Capri RS 31000 GAA Cosworth te volgen. Maar dat was buiten Jan Van Elderen gerekend die reeds tijdens de kwalificaties bewees dat hij en zijn Ford Sierra Cosworth RS 500 in bloedvorm verkeerden. De turbo-aangedreven Ford kwam in het spoor van Qvick die alle zeilen moest bijtrekken en waardoor Wim Kuijl een kleine voorsprong kon nemen. Achter dit trio waren het Guy Fastres (BMW M3), Evertjan Alders (BMW M3), gastrijder Katsikis (Opel Kadett GTE), Branckaerts (Corvette C4), Thaens (BMW 325), Luc Moortgat (Porsche 964) en Dieter Kuijl (Ford Capri RS 2600 Weslake) die de voorlopige top 10 vol maakten. De leiders in de respectievelijke platformen waren Dieter Kuijl (1), Wim Kuijl (2), Van Elderen (3) en Qvick (4). Net buiten de top 10 zagen we een schitterend gevecht voor de titel in platform 2 tussen de Mazda van Gust Van Haelst en de Ford Escort van Marc Roessle. Patrick Verbeelen hing ertussen met zijn Nissan 200 SX, maar moest na een sterke wedstrijd de arena verlaten met technische averij. Ook een beresterke Roessle zou het einde niet halen met problemen aan de koppeling. Hij werd wel nog geklasseerd, maar verloor kostbare punten en hierdoor was de titel in platform 2 met nog één wedstrijd te gaan ineens veraf.
Geen van de koplopers had nog enige baat in een kampioenschap, maar dat kon de sfeer niet drukken. Guy Fastres uiteraard wel en de BMW-rijder was rond half koers en in vierde positie goed gepositioneerd inzake zijn titelstrijd met Luc Moortgat in platform 3. Fastres moest alleen in Van Elderen zijn meerdere erkennen binnen platform 3 terwijl Luc Moortgat op dat moment in achtste positie toefde en vijfde in platform 3. Hij moest alles uit zijn Porsche halen om voorbij de pijlsnelle Opel Kadett van gastrijder Katsikis te geraken. Eens dit gelukt kon hij de aanval inzetten op concurrent Guy Fastres die ondertussen de Corvette van Branckaerts en de BMW M3 van Alders zag passeren. Branckaerts zette zich naar het eind nog eens goed recht en verwees Van Elderen en Qvick naar een respectievelijke derde en vierde plaats. Ondertussen reed ook Dieter Kuijl een knappe race en won platform 1. Uitrijden in race 2 was dus voldoende om zichzelf op te volgen als Belgisch kampioen.
Zoon Tim Kuijl had een dag eerder de kwalificatie gemist door een gebroken differentieel tijdens een andere race met zijn BMW E36 2.5l. Hij moest helemaal achteraan starten, maar reed een formidabele inhaalrace in platform 4 en finishte als tiende algemeen en derde in platform 4 achter Erik Qvick en Ben Thaens. Zodoende komen beide BMW’s van Kuijl en Thaens/Theunissen ex aequo op derde plaats in het kampioenschap en zou de laatste race van het seizoen bepalen wie de laagste podiumtrede pakt in de eindafrekening binnen platform 4.
Race 2: Opnieuw zege voor Wim Kuijl tijdens bizarre race
De uitslag van de eerste race diende als startgrid voor de tweede race van het weekend en meteen de laatste van het seizoen. Een indrukwekkende eerste startrij met de Ford Capri RS 3100 GAA Cosworth van Wim Kuijl dus op de pole, geflankeerd door de imposante Corvette C4 van Luc Branckaerts. Als we de PK’s van deze eerste startrij bij elkaar optellen, zullen we niet ver van een som komen met drie nullen (!). Op de tweede startrij vonden we de Ford Sierra Cosworth van Jan Van Elderen en de BMW E36 STW van Erik Qvick. Achter dit duo de twee BMW’s M3 van Alders en Fastres broederlijk naast elkaar, gevolgd door de Porsche 964 van Luc Moortgat en de pk-zwangere Opel Kadett van gastrijder Katsikis. Bert Theunissen en Tim Kuijl sloten de top 10 af en moesten met identieke BMW’s E36 strijden voor de derde eindplaats in platform 4. Dieter Kuijl stond met een elfde startplaats op de pole in platform 1 met de Capri RS 2600 Weslake net voor de Porsche van Pino Sperlinga en de Mazda RX3 van Gust Van Haelst die moest uitrijden om de titel te pakken in platform 2.
Wim Kuijl vertrok terug als een speer en Erik Qvick was opnieuw de grootste bedreiging voor Jan Van Elderen in de strijd voor de dichtste ereplaats. Het kwam opnieuw tot een schitterende strijd voor de tweede plaats tussen Van Elderen en Qvick met close racing. Tot de ophanging vooraan het begaf van de BMW E36 STW en Qvick de handdoek in de ring moest gooien. Even later was het de beurt aan Guy Fastres om de pitlane op te zoeken met een opgeblazen krachtbron. Dit gaf Luc Moortgat vleugels om op deze manier in extremis nog de titel te pakken in platform 3. Toen ook Luc Branckaerts zijn Corvette naar de kant moest sturen was Moortgat mathematisch zeker van de titel. Vooraan vielen ze als vliegen, want na Qvick, Fastres en Branckaerts moesten ook Tim Kuijl en Katsikis de strijd staken. Ook de mooie Ford GT40 van Emile De Weerdt moest rokend naar de kant. Na Wim Kuijl waren de overige ereplaatsen voor een bijzonder snelle Jan Van Elderen, Evertjan Alders, Luc Moortgat, Dieter Kuijl, Eric Nulens, Gust Van Haelst, Rimbert Dean, Bert Theunissen, Anthony Vonk, Sidney Dieleman, enz
Bron: autosport.be